Aan de Japanse bezetting viel niet te ontkomen
Sander van Walsum 25 juni 2021, 11:00
‘We zijn verkocht en verraje. Afijn, de rotsooi is voor ons tenminste afgelopen.’ Zo luidde het door journalist Evert Werkman opgetekende commentaar van een Amsterdamse kroegbaas op de Nederlandse capitulatie in mei 1940. Daarin lag de (gegronde) verwachting besloten dat de meeste Nederlanders weer konden overgaan tot de orde van de dag. Hoe anders was de situatie voor de bijna 300 duizend Europeanen in voormalig Nederlands-Indië bij de aanvang van de Japanse bezetting, in maart 1942. In één keer ‘werd het tapijt onder hun voeten weggetrokken’. In een tijdsbestek van enkele weken, soms nog minder, verloren zij hun huis, hun baan, hun maatschappelijke positie en uiteindelijk hun bewegingsvrijheid.
Voor de Nederlanders overzee was de bezetting dus een veel ingrijpender gebeurtenis dan voor de Nederlanders thuis. En anders dan in Nederland volgde op de bezetting in voormalig Nederlands-Indië geen bevrijding. Althans: niet voor de Nederlanders en de Indische Nederlanders. Over ‘de andere bezetting’ schreef de jurist Benedict Janssen een gelijknamig boek. Als antwoord op de vaststelling dat deze episode goeddeels ontbreekt in de Nederlandse oorlogshistoriografie, en ook nog eens wordt overschaduwd door de uitdijende bibliografie over de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog – waarvan de Japanse bezetting het voorspel vormde.
Benedict Janssen: De andere bezetting – Nederlands-Indië 1942-1945. Uitgeverij Het Nachtkastje; € 25.
Bron: De Volkskrant